De meeste circuitfanaten kennen het wel. Je boekt een circuitdagje op je favoriete circuit in de buurt. Weken, nee maanden van tevoren verheug je je op deze dag dat jij je lekker mag gaan uitleven op de baan. Twee weken van tevoren zit je iedere dag stiekem naar de weersverwachtingen te spieken en hoe verder de tijd vordert, hoe meer het duidelijk wordt: “Ja hoor, regen.” Maar wat nu?
Hoewel vele denken dat dit je dag helemaal gaat verpesten, is niets minder waar. Ja! Rijden in de regen is leuk en in dit artikel ga ik je vertellen hoe je het maximale uit jouw trackday kan halen.
- Bandenkeuze met regen
- Kledingkeuze met regen
- Plan of attack
- De baan veroveren
Stap 1: Bandenkeuze met regen
Wanneer je met een straat motorfiets rijdt op straatbanden met goed en voldoende profiel (denk hierbij bijvoorbeeld aan een Bridgestone S21, een Michelin Pilot power of een Dunlop Sportsmart 2) kan je op een natte dag al aardig uit de voeten komen. Deze banden zijn op straat natuurlijk gemaakt om alle weersomstandigheden aan te kunnen, en moeten daardoor ook kunnen presteren in de regen. Tuurlijk, je zal er geen Marquezje mee kunnen doen en je ellenboog aan het asfalt kunnen leggen (zonder te vallen) maar wanneer je een soepele rijstijl hebt, kan je hier op een kletsnatte baan nog aardig mee rond komen. Sterker nog, voor je vertrouwen in jouw motor en banden op straat, is het alleen maar goed om met deze setting de baan op te rijden!
Heb je een circuitfiets? Of wil je gewoon graag met je straatmotor investeren in een goed paar rubbertjes? Dan zijn regenbanden the way to go! Niks geeft meer vertrouwen op een kletsnatte baan dan deze gegroefde jongens. Regenbanden geven zo verschrikkelijk veel vertrouwen in de regen, dat rijders die nog maar net begonnen zijn met circuitwerk hier vaak hetzelfde mee kunnen als wanneer ze in het droge zouden rijden. Let wel op! Regenbanden vinden een opdrogende baan absoluut geen pretje, een paar rondjes op een droge baan kan een regenband helemaal opvreten en dan kan je jouw dure regenbanden snel weggooien.
Stap 2: Kledingkeuze met regen
Op een circuit wordt er natuurlijk van je verwacht dat je een leren pak draagt. Heb je dan, net als ik zo’n heerlijk geperforeerd leren pak, dan ben je na 2 rondjes dus gewoon zeik en zeik nat. Nou is dat nat worden niet eens zo’n ramp, want dat droogt naar verloop van tijd zelf wel weer. Het grote nadeel aan nat worden is dat je het na een paar ronden door de rijwind koud krijgt. Hierdoor ga je verkrampen en ga je automatisch minder soepel rijden, iets wat in de regen juist heel erg belangrijk is.
Ook hier zijn natuurlijk weer wat oplossingen voor te bedenken. Zo kan je bijvoorbeeld voor een simpele regenoverall gaan, zoals bijvoorbeeld de rev’it pacific 2 H2O. De meeste straatrijders hebben zo’n pak vaak toch al bij, of achter in de motor zitten, dus waarom zou je deze dan niet op het circuit kunnen gebruiken? Wil je toch graag een regenpak hebben wat strakker op je leren pak aansluit en wil je dat mensen dat pak ook nog kunnen zien? Dan zou de Alpinestars Racing Rain een goede oplossing zijn. Ook dit is 100% waterdicht en je kan hier zelf nog je kneesliders uit laten steken, zodat je nog steeds met je knieën over het asfalt kan schrapen. Zorg er wel voor dat je altijd een maatje bij je hebt, want het aantrekken ervan is een kriem in je eentje!
Mocht het nou ineens gaan regenen en heb je beide middelen niet direct tot je beschikking, dan kan je altijd nog kiezen voor de meest ingenieuze manier, namelijk de vuilniszak! En hiermee bedoel ik niet zozeer dat je deze over je pak moet aantrekken, want waterdicht is het natuurlijk niet. Wel helpt het enorm wanneer je al nat bent geregend, om wind buiten je pak te houden op je torso wanneer je deze onder je leren pak aantrekt. Hierdoor krijg je het minder snel koud, en ga je minder krampachtig op de motor zitten.
Stap 3: Plan of attack.
Wanneer je in de regen gaat rijden is het belangrijk om van tevoren te weten hoe je dit precies aan gaat pakken. De sleutel tot succes van rijden in de regen is finesse. Zorg dat je vloeiend en soepel rijdt. Dit houdt dus in dat plotselinge stuurbewegingen, te abrupt op de remmen en te agressief op het gas een no-go zijn.
De eerste is simpel, “Kijk goed vooruit”! Het is en blijft natuurlijk hoofdzaak nummer één om altijd goed te kijken naar de plek waar je heen wilt. Hierdoor zie je plassen of eventueel vuil al vroegtijdig liggen, en heb je minder snel kans om zelf te gaan liggen.
Ben je een redelijk nieuwe circuitrijder? Zorg er dan voor dat je op tijd begint met remmen zodat je met het ingaan van de bocht, al de juiste bochtensnelheid hebt om deze te kunnen nemen, zodat je niet nog op hellingshoek aan het remmen bent. Trek de rem ook niet ineens aan zoals je dat in het droge zou doen, maar voer stukje bij beetje druk op tot aan het punt waarop het voor jou vertrouwt voelt om door te kunnen remmen.
In de regen heb je natuurlijk minder grip en daarom wil je de motor zo rechtop mogelijk houden om zoveel mogelijk grip te hebben. Verder naast je motor gaan hangen is dan helemaal niks geks. Omdat je je zwaartepunt veranderd, worden je banden platter gedrukt op het wegdek en hierdoor kantelt je motor in. Dit houdt dus ook in dat je met minder hellingshoek net zo hard door een bocht kan gaan als je zou kunnen wanneer je de motor dieper de bocht in zou wringen en er recht op zou blijven zitten. Ga er dus naast hangen zoals ik eerder heb benoemd in “Hoe maak ik mijn eerste kneedown” en je zult merken dat je dan met meer vertrouwen op de motor zit.
Gas geven in de bochten is prima te doen, mits je dit erg “smooth” doet en je de motor gelijktijdig ook rechter op zet, hoe meer gas je geeft. Wees er dan ook zeker van, dat je pas op vol gas zit wanneer je de motor volledig rechtop hebt staan. Rij ook liever in wat hogere toeren dan in lagere. Als je in hoge toeren rijdt zit je namelijk al in de powerband van de motor. Rij je in te lage toeren, kan het zo zijn dat als je net iets te hard op het gas gaat, de motor in zijn powerband terecht komt waardoor je sneller de kans hebt om je achterwiel van het asfalt af te drukken.
Stap 4: De baan veroveren.
Wanneer je stap 3 goed hebt doorgenomen ken je basis theorie van veilig rijden in de regen. In de praktijk is het vaak net wat anders. Rij je de eerste sessie van de dag een natte baan op, ga deze dan eerst een paar ronden goed verkennen. Ook al heb je er vaker gereden in het droge, de omstandigheden kunnen in de regen zo drastisch veranderen dat het heel belangrijk is om van tevoren te weten waar wat ligt. Neem goed in je op waar de natste plekken of plassen liggen, en zoek naar de meest droge rijlijn.
Begin rustig en voer het tempo geleidelijk verder op en heb je het idee dat je er te gespannen op zit? Rij dan even van de baan af, pak een momentje van rust in de pitstraat en rij de baan weer terug op. Nog steeds geen lekker gevoel? Rij dan de baan af, en wacht de sessie lekker rustig af en ga na wat jouw onrust veroorzaakt en probeer het later gewoon nog een keertje, net zo lang totdat jij met volle vertrouwen op de motor zit. Rij altijd naar je eigen kunnen en probeer goed op de rijders te letten die net een tandje sneller zijn dan jij. Zorg ervoor dat je relaxed op de motor zit, probeer niet te veel te pushen. Wanneer je dit allemaal onder de knie hebt, kan je snel door naar stap 5!
Stap 5: Have fun and keep the shiney side up!
