Betere bochten rijden op de motor

Motorrijden is net als seks. Je moet een beetje vertrouwen hebben in het rubber. Of je nu lekker op een warme zomerse zondagmiddag aan het cruisen bent of alles aan het geven bent op het circuit om een zo snel mogelijke rondetijd neer te zetten: het draait bij motorrijden allemaal om vertrouwen. Vertrouwen in jezelf en in jouw machine zorgen voor het betere bochtenwerk. Maar hoe krijg je dat vertrouwen? In deze blog ga ik jou proberen te helpen meer vertrouwen te creëren, waardoor jij betere bochten kan gaan maken.

Je ogen leiden de weg

Je rijinstructeur heeft het tijdens je lessen waarschijnlijk al 1000 maal tegen je gezegd en ik ga het nog een keer doen. Kijk ver vooruit! Je brein heeft namelijk tijd nodig om informatie te verwerken. Hoe verder je vooruit kijkt, hoe meer tijd je brein heeft om die informatie op de kunnen nemen en zie je uiteindelijk dus meer. Veel rijders zie je net over het spatbord heen richting de grond kijken. Dat is niks geks want je gevoel zegt dat je wil weten waar je precies rijdt, dat je nergens overheen rijdt of met andere vreemde obstakels te maken krijgt.

Wat de meesten dan ook vergeten is dat wanneer je iets voor je wiel uit ziet liggen, je eigenlijk al te laat bent en er nooit meer snel genoeg op kan reageren. Had je dan verder doorgekeken in de bochten, dan had je dit al eerder gezien en er tijdig op kunnen reageren. Rij je in een blinde bocht? Kijk dan altijd naar het punt waar de weg zichzelf kruist. Hierdoor kan je het verloop van de bocht volgen en zal je er nooit pas op het laatste moment achter komen dat je de bocht niet kan halen. In heb begin zal het altijd even wennen zijn om te zoeken naar het eindpunt in de bochten en de motor op gevoel mee te nemen, maar wanneer je hier eenmaal aan gewend bent, zal je merken dat je met meer vertrouwen op de motor zit en je bochten een stuk soepeler gaan.

Het stuur loslaten

Deze moet je niet al te letterlijk nemen natuurlijk, want zonder handen aan het stuur wordt het lastig om een bocht in te duiken. Wel hoor ik bij veel rijders die bij ons in de winkel komen dat ze last hebben van tintelende handen, een verdoofd gevoel in de handen of handschoenen die heel erg snel doorslijten. Vaak komt dit doordat er teveel in het stuur geknepen wordt, zeker in wat spannendere situaties wanneer het bijvoorbeeld net wat harder gaat dan je gewend bent. Niet alleen zorgt dit voor een vervelend gevoel in je handen, maar je bochtenwerk wordt er ook niet bepaald beter van. Sterker nog, doordat je het stuur vast knijpt ga je alleen maar jouw motor ervan weerhouden om soepel over het wegdek te kunnen rollen.

Motoren zijn voorzien van vering en die vering is gemaakt om de oneffenheden in het wegdek op te kunnen vangen, zich hieraan aan te passen en zo als het ware over het wegdek kan zweven. Wanneer je jouw stuur stevig vast gaat houden, wil dit zeggen dat de vering niet meer vrij kan bewegen en hierdoor alle oneffenheden minder goed kan opvangen. Dit kan voor onstabiliteit zorgen in je motorfiets en kan dit een houterig stuurgedrag geven. Ook ga je jouw armen hiermee verkrampen en krijg je hier zeker met langere motorritten last van. Wanneer je je stuur lekker losjes vasthoudt en je ellebogen licht gebogen houdt, kan je motor beter het werk doen waar die voor gemaakt is, heb jij geen last van lichamelijke klachten en kan je de dag lekker relaxed uitrijden.

Remmen

Terwijl je aan het remmen bent kan je al heel erg veel voor de opkomende bocht bepalen. Hoe hard rol je de bocht in? Ga je remmend de bocht in of zorg je er voor dat je al helemaal klaar bent met remmen voordat je de bocht in gaat? En ja hoor… Ook hier begint het weer met kijken. Hoe is de conditie van het wegdek? Wat is het verloop van de bocht en waar kom ik uit? Voor de motorrijders die voornamelijk op straat rijden is het ten alle tijden aan te raden om al helemaal klaar te zijn voor de bocht voordat je de bocht instuurt. Hierdoor is het niet noodzakelijk om in de bocht nog bij te moeten remmen mocht het toch nog wat te hard gaan.

Throttle control

In tegenstelling tot remmen, kan je een motor met het uitkomen van een bocht een hele hoop controleren met je gashendel. Des te meer gas je geeft, hoe wijder je de bocht uitkomt. Kom je té wijd uit, draai je het gas wat terug en merk je dat je een krappere lijn door de bocht kan pakken. Ben je nu al veel bezig geweest met je kijktechniek? Dan zal je merken dat je met het uitkomen van de bocht niet meer hoeft te corrigeren omdat je van tevoren al wist hoe wijd je uit kon komen, en hier de exacte hoeveelheid gas kan geven.
Probeer vroeg weer op het gas te gaan, en niet pas wanneer je de bocht uit bent. Wanneer midden in de bocht weer op het gas gaat, zal je ook zien dat het een stuk makkelijker is (zeker wanneer je op een grote cruiser of tourmotor rijdt) om de motor weer rechtop te zetten.

Maar wat nou, als je té veel gas geeft? Wanneer je een wat sportievere rijstijl hebt en je met een krappe lijn een bocht uitkomt kan je weleens denken: hee dit kan veel harder! Waarna jij net iets enthousiast het gas open zet en je achterkant uitbreekt. Ik kan je uit ervaring vertellen, draai nooit maar dan ook echt nooit je gas dicht! Dit is een fout die mij en al tal van rijders is overkomen. Dit is te wijten aan ervaring en instinct. Vooral dat laatste speelt hier een grote rol in. Wanneer je van iets schrikt heb je al snel de neiging om het gas dicht te draaien. Wanneer je dit doet met een glijdend achterwiel heb je kans dat deze abrupt stopt met glijden, ineens grip pakt en je zomaar van je motor af kan werpen. Ook in dit geval is het gezegde “gang is alles” je vriend. Zorg ervoor dat je het gas er op houdt, je niet verkrampt op de motor waardoor de vering zijn werk kan doen en de motor kan corrigeren en dat je vooral ver vooruit blijft kijken waar je heen wil en je niet fixeert op obstakels die je juist niet wil raken.

Één juiste stuurbeweging.

De meeste stabiliteit verliest een motorfiets in de bocht doordat een rijder stuurcorrecties maakt midden in de bocht. Stuurcorrecties moeten vaak gemaakt worden, omdat bovenstaande niet goed uit worden gevoerd. Wanneer je ziet en weet waar je heen wil, je ingaande snelheid juist is, je relaxed op de motor zit en je de juiste hoeveelheid gas toepast hoef je maar één stuurbeweging per bocht te maken. Hierdoor blijft je vering stabiel en zal jouw motor je nooit verassen.

Bij een bocht maken komt dus redelijk veel kijken en wil je met deze tips aan de slag gaan? Werk dan stapsgewijs tip voor tip uit. Hierdoor kan je makkelijker focussen op bepaalde punten en wordt het tijdens het rijden niet te druk in je hoofd waardoor jij lekker kan blijven rijden. Aan welke tip heb jij het meest?

Wil je jezelf verder ontwikkelen? Lees dan ook eens de blogs over het maken van een kneedown en elbowdown.